Inhoudsopgave
Wielbevestiging: hoe u de wielbevestiging op de juiste manier aanbrengt en fouten bij de bevestiging
Autoproducenten vermelden altijd het aanhaalmoment voor bouten en moeren in de handleiding behorend bij het voertuig. Het niet opvolgen van deze instructies kan tot groot gevaar leiden: ondeugdelijk bevestigde bouten en moeren kunnen ernstige verkeersongelukken veroorzaken. Wij zullen u hier informeren over de meest gemaakte fouten bij het aanbrengen van de bevestiging en hoe u dergelijke fouten kunt vermijden, maar ook over wat u moet doen als een niet juist bevestigd wiel losraakt.
Waarom het niet goed aandraaien van bevestigingsstukken levensgevaarlijk is
Een niet goed vastgedraaide bevestiging kan zichzelf losdraaien, indien deze tijdens het rijden aan trillingen blootgesteld wordt . Na verloop van tijd zal deze helemaal losgekoppeld raken. Mocht dit voor meerdere van zulke bevestigingsstukken gelden, dan is het zeer goed mogelijk dat een wiel tijdens het rijden losraakt.
Een al te straf vastgedraaid bevestigingsstuk is minstens zo gevaarlijk. Hierdoor kan de wielvelg vervormd raken en het profiel van de gaten veranderen, hetgeen een nadelige invloed heeft op de wielbevestiging. De velg zelf kan in het bevestigingspunt barsten en de wielbout of naafbout kan afbreken. Daarnaast kan de schroefdraad makkelijk dolgedraaid of de boutkop afgestompt worden, als het bevestigingsstuk te strak wordt aandraaien. Dit bemoeilijkt de verwijdering van het wiel en maakt dit soms zelfs onmogelijk.
5 fouten bij de bevestiging van wielbouten
- Handmatig aandraaien. Wielbouten dienen uitsluitend met behulp van een momentsleutel te worden bevestigd, bij welke het aanhaalmoment kan worden bepaald. Maar u moet ze wel eerst handmatig aandraaien: zo voorkomt u een verkeerde uitlijning van de bevestiging en beschadiging van het bevestigingspunt.
- Gebruik van een luchtsleutel. Meestal zorgt het gebruik van luchtsleutels ervoor dat men de bevestigingsstukken te strak aandraait. Een uitzondering op deze regel vormen slechts bepaalde hoogwaardige professionele apparaten, bij welke het aanhaalmoment precies kan worden ingesteld.
- Plaatsen van ondeugdelijke bevestigingsmiddelen. Verkeerd gekozen onderdelen kunnen diverse problemen tot gevolg hebben, zoals:
- Te lange bouten kunnen een belemmering vormen voor andere onderdelen, wat vaak tot het blokkeren van de wielen leidt.
- Korte bevestigingsstukken kunnen geen veilige bevestiging van de velg waarborgen. Indien zulke stukken gebruikt worden, neemt de kans op beschadiging aan de schroefdraad van het onderdeel zelf of aan het bevestigingsgat toe.
- Het gebruik van kegelvormige bevestigingsstukken bij wielen met ronde bevestigingspunten en vice versa kan tot gevolg hebben dat wieluitlijning een afwijking ten opzichte van zijn draaias kan vertonen. In een dergelijk geval zal de schroefdraadverbinding losraken.
- Het plaatsen van versleten of kapotte bevestigingsmiddelen. De wielbouten en -moeren zijn erop gemaakt om ongeveer 35-40 keer los- en vastgeschroefd te worden. Zodra dit aantal bereikt wordt, is het verstandig om ze te vervangen. Het is tevens niet toegestaan om componenten te plaatsen wier schroefdraad of kop beschadigd is.
- Het vastdraaien van de bouten op een willekeurige volgorde. Voor een correcte positionering van de wielen dienen de bevestigingsstukken volgens een specifiek patroon te worden vastgedraaid. De meest voorkomende patronen zijn:
- bij vier bevestigingspunten: 1-3-4-2;
- bij vijf bevestigingspunten: 1-4-2-5-3;
- bij zes bevestigingspunten: 1-4-5-2-3-6.
Mocht onverhoopt een wiel losraken: rijtips voor een extreme situatie
Over het algemeen kunt u losdraaiende bevestigingsstukken herkennen aan geklop of eigenaardige klikgeluiden tijdens het rijden, wiebelen van het stuur, ongelijke slijtage van de banden en vergelijkbare indicaties. Maar indien u deze tekens niet tijdig waarneemt en het wiel tijdens het rijden toch losraakt, dient u als volgt te handelen:
- Houd het stuur stevig vast. Voorafgaand aan het losraken begint het wiel meestal te trillen. Zodra u dit opmerkt, pakt u het beste het stuur met beide handen vast op 10 voor 2.
- Bestuur de auto voorzichtig naar de kant van de weg. Draai daarbij het stuur zo min en zo voorzichtig mogelijk.
- Minder ondertussen de snelheid door uw voet van het gaspedaal te nemen.
- Schakel een versnelling terug.
- Trap langzaam het rempedaal in.
Vermijd krachtige bewegingen – hierdoor kunt u de controle over uw auto volledig verliezen.
Conclusie
De veiligheid van alle verkeersdeelnemers staat of valt met de betrouwbaarheid van de wielbevestigingen. Een groot deel van de chauffeurs besteedt echter niet de nodige aandacht aan de wielbevestigingen, wat tot veel ongelukken leidt, die vaak een dodelijke afloop kennen. Voorkom dit door de schroefdraadverbindingen minstens één keer per maand te controleren en indien nodig aan te draaien tot de in de technische handleiding aangegeven waarden. Schaf uitsluitend hoogwaardige onderdelen aan die overeenstemmen met de specificaties van uw auto. Houd u bij de bevestiging aan de aanwijzingen van de autoproducent, zodat de wielen van uw auto constant op de juiste plek blijven.
Een nuttige video over het onderwerp: