Inhoudsopgave
Wat is dimlicht? Welk symbool wordt gebruikt en wanneer je het moet voeren
Iedere auto is uitgerust met dimlichten die een belangrijk onderdeel vormen van het verlichtingssysteem van het voertuig. Ze maken net als de koplampen voor de auto een betere zichtbaarheid mogelijk bij weinig licht of slechte weersomstandigheden. Hier lees je meer over het gebruik van dimverlichting, de regels voor het rijden daarmee, het verschil tussen dimlicht en stadslicht en het dimlichtsymbool.
Wat is dimlicht?
Het meest gebruikte licht op een voertuig zijn dimlichten. Ze zijn bedoeld om het wegdek voor de auto te verlichten zonder tegenliggers of voetgangers te verblinden. Het lichtpatroon zorgt ervoor dat het gezichtsveld van de bestuurder goed verlicht is zonder dat dit hinder oplevert voor anderen. Is de verlichting kapot is en je twijfelt welke lampen je nodig hebt, lees dan het artikel: Welke lampen en koplampen zitten er in mijn auto: tips voor het kiezen van een lamp voor de auto.
HELLA Gloeilamp, verstraler
HIR2 12V 55W PX22d, 4000K, Halogeen, ECE-getest
HELLA Optiek, koplamp
OSRAM Gloeilamp, koplamp
HS1, 12V, 35/35W, PX43t
ABAKUS Koplamp
Links, H7/H7, W5W, PY21W, Transparent, chroom, Transparent, PX26d, BAU15s
ABAKUS Koplamp
Links, H4, PY21W, W5W, voor rechtsrijdend verkeer, P43t, BAU15s
Wanneer gebruik je het dimlicht?
Er zijn enkele specifieke scenario's te bedenken waarbij het nodig is om dimlichten te gebruiken voor de veiligheid op de weg:
- Rijden in het donker: Zodra de zon ondergaat of tijdens de vroege ochtend voor zonsopgang, is dat het moment wanneer de dimlichten aan moeten om de zichtbaarheid te verbeteren.
- Mistig of regenachtig weer: Bij mist of hevige regen kan het inschakelen van de dimlichten in de koplampen van de Golf 6 het zicht op de weg aanzienlijk verbeteren. Zo kan de bestuurder veilig navigeren en kunnen andere weggebruikers het voertuig van een veilige afstand zien.
- Rijden in tunnels: Tunnels zijn vaak slecht verlicht, dus dimlichten kunnen je zichtbaarheid voor andere bestuurders verbeteren. Denk hier vooral aan tijdens ritten in bergachtige landen. Wanneer moet het dimlicht aan, inderdaad voordat je de tunnel binnenrijdt.
- Buitenwegen: Deze wegen met weinig of geen straatverlichting vereisen het gebruik van dimlichten.
Wanneer moet je dimlicht voeren – de regels
De regels voor het rijden met dimlicht zijn opgesteld om maximale veiligheid op de weg te bieden. Wanneer gebruik je dimlicht:
- Doe de dimlichten van de auto aan een half uur na zonsondergang en een half uur voor zonsopgang of wanneer ze door onvoldoende licht niet goed kunnen zien over een afstand van minstens 200 meter.
- Schakel niet naar grootlicht als er tegemoetkomend verkeer is om andere bestuurders niet te verblinden.
- Gebruik dimlichten in stedelijke gebieden waar straatverlichting de wegen voldoende verlicht. In een dergelijke omgeving kan groot licht hinderlijk zijn voor andere weggebruikers.
JP GROUP Koplamp
Links, rechts, T4W, H4, Halogeen, 12V, voor linksrijdend verkeer
OSRAM Gloeilamp, verstraler
HB3 12V 60W P20d, 3200K, Halogeen
VAN WEZEL Koplamp
Links, rechts, H4, 12V, 200 mm x 142 mm, voor rechtsrijdend verkeer, P43t
JOHNS Koplamp
rechts, H7, H1
HELLA Koplamp
Links, D3S, LED, PSY24W, H11, Bi-Xenon, LED, 12V, voor rechtsrijdend verkeer
Het dimlichtsymbool
Op het dashboard van de auto brandt het dimlichtsymbool wanneer de dimlichten ingeschakeld zijn. Bekend zijn met dit symbool is ontzettend belangrijk, omdat het je helpt om de juiste verlichting te gebruiken tijdens het rijden. Mocht dit symbool niet oplichten, check dan de verlichting en de zekering, en mocht je ontdekken dat de batterij aan vervanging toe is, dan kun je online een auto accu kopen.
Het verschil tussen stadslicht en dimlicht
Dimlichten moeten niet worden verward met stadslichten – ze dienen verschillende doelen. Stadslichten, ook bekend als parkeerlichten, zijn minder krachtig en worden voornamelijk gebruikt als de auto langs de kant van de weg geparkeerd staat, meestal in stedelijke gebieden met goede straatverlichting. Hiermee wordt het voor andere weggebruikers duidelijk dat er een geparkeerd voertuig is. Het verschil tussen stadslicht en dimlicht is, is dat de laatstgenoemde bedoeld is om te rijden bij weinig licht of slecht zicht.
Conclusie
Weten wanneer het dimlicht aan moet, kan niet alleen een aanzienlijk verschil maken voor je eigen rijbeleving, maar ook voor de veiligheid van jou en andere weggebruikers. Het correct gebruik van autoverlichting is een verantwoordelijkheid die elke bestuurder moet naleven. Verantwoord rijden redt immers levens.
Hoewel de regels en voorschriften voor met welk licht je moet rijden enigszins kunnen verschillen per land, blijven de basisprincipes hetzelfde. Daarom maken bewust, bedachtzaam en respectvol omgaan met deze richtlijnen deel uit van een collectief streven naar veiliger en rijden.
De beste producten op dit gebied: