Inhoudsopgave
Check Engine op het dashboard: oorzaken van het activeren en manieren om problemen op te lossen
Check Engine is een indicator die storingen in de motor of aanverwante systemen signaleert. In moderne voertuigen informeert het over storingen van de ontsteking of automaat, veranderingen in het toerental of verbrandingsmengsel enzovoort.
Wanneer bij een normale werking de door haar gecontroleerde systemen normaal functioneren, knippert deze wanneer u de contactsleutel omdraait en dooft ze nadat de motor is gestart. Maar als het licht blijft knipperen of onder het rijden onverwacht begint te knipperen, dan zult u bepaalde systemen en sensoren moeten controleren. Soms kunt u zelf het probleem oplossen. Maar als er maatregelen moeten worden genomen en de Check Engine een storing blijft signaleren, dan moet u de hulp van professionals inschakelen.
9 oorzaken waarom het Check Engine lampje gaat knipperen
1. Het gebruik van een lage kwaliteit brandstof. In dit geval begint het Check Engine lamje meestal direct na het tanken te knipperen. U kunt het probleem alleen oplossen door een betere kwaliteit brandstof te gebruiken.
2. Desintegratie van het brandstoftoevoersysteem. Soms knippert het lampje wanneer er op de een of andere manier lucht in het brandstofsysteem terechtkomt, bijvoorbeeld als de benzinedop niet strak genoeg is aangedraaid.
3. Daling van het oliepeil. Indien het foutsignaal alleen bij het opwarmen van de motor verschijnt, kan dit duiden op een lek in het smeringssysteem. In dit geval moet u de ruimte onder de motorkap grondig inspecteren en letten op oliestrepen op de motor. Als u een lek vindt, moet u dit oplossen.
4. Brandstofpomp falen of verstopping van het brandstoffilter. Om de werking ervan te kunnen controleren, moet u de druk in de brandstofrail met een manometer opmeten. Als deze onder 3 atmosfeer is zullen de defecte componenten van het brandstoftoevoersysteem moeten worden gerepareerd of vervangen.
5. Vervuiling van de componenten van het brandstofinjectiesysteem. Het verlies aan capaciteit van de overslag van de brandstofinjectie spuitmonden heeft een negatieve invloed op de prestaties van de motor, wat door de boordcomputer wordt aangegeven. De oplossing is in dit geval wordt het schoonmaken van de onderdelen. Dit kunt u zelf worden doen met behulp van speciale additieven of u kunt het door professionals laten doen.
6. Ontsteking in één van de cilinders. U kunt de cilinder op vonken controleren door een multimeter of een speciale vonkentester met een piëzo-component te gebruiken. Als er geen vonk is, moet u onderdelen zoals de krukas sensor, de ontstekingsmodule, spoel, de distributeur en de bougies, spanningsdraden en de motor besturingseenheid grondig inspecteren.
7. Bougie storingen. Inspecteer deze op sporen van olie of brandstof in het spoelgedeelte, koolstofvervuiling op de bougie, donkerbruine of gele vlekken op de oppervlakken van de elektrode of isolator.
8. Defecten in de zuurstofsensor. Het gebeurt met regelmaat dat de Check Engine specifiek deze storing signaleert. Soms kan een defecte sensor worden opgemerkt door fysische indicaties, zoals bijvoorbeeld een grote hoeveelheid roet of vuil op het oppervlak. De defecte sensor moet worden vervangen.
9. Katalysator storing. Een manier om dit te kunnen controleren is de tegendruk in de uitlaat opmeten met een manometer. Deze mag niet hoger zijn dan 10 kPa bij een stationair toerental en 20 kPa bij 2500 tpm.
Check engine: wanneer u moet stoppen met rijden
Soms is het knipperen van het Check Engine lampje niet ernstig. In dergelijke gevallen kan de chauffeur naar het dichtstbijzijnde tankstation rijden voor een nadere inspectie. Maar in sommige gevallen mag er wanneer het Check Engine lampje brandt absoluut niet worden doorgereden.
U moet de auto direct aan de kant van de weg zetten als:
- Een van de volgende waarschuwingslampjes in combinatie met het Check Engine lampje knippert:
- oververhitting van de motor
- uitlaatgassen controle
- oliepeil
- koelvloeistofpeil
- U merkt de volgende symptomen op:
- de motor is gaan trillen
- schommeling van het toerental van de motor terwijl deze niet rijdt
- een brandlucht in de cabine
- Het toerental van de motor niet boven een bepaalde waarde komt, terwijl het lampje knippert.
Conclusie
Als het Check Engine lampje onder het rijden begint te knipperen, breng de auto tot stilstand en zet de motor af. Open vervolgens de motorkap, controleer de werking van de bovengenoemde systemen en probeer het probleem op te lossen. Als uw handelingen geen succes hebben, schat dan de aard van het lampje in en beslis of het mogelijk is om verder te rijden. Ga naar het dichtstbijzijnde tankstation of neem contact op met de daarvoor bestemde service voor hulp.
Het kniperen van het Check Engine lampje mag hoe dan ook niet worden genegeerd. Het is niet alleen gevaarlijk, maar kan ook leiden tot dure reparaties. Schenk de juiste aandacht aan waarschuwingssignalen, los kleine problemen tijdig op en uw auto zal u lang tijd overal naar toe brengen.
Nuttige video's over het onderwerp: